vrijdag 7 november 2014

De (fysieke) wonderen zijn de wereld nog niet uit

Henk Vinkes

Indrukken van de eerste KNSB-competitie wedstrijd in het nieuwe Apeldoornse Denksportcentrum Noord: mooi weer, zo laat in het jaar, 1 november. Hoe zetten we de tafels, ach ze staan toch goed zo. Hoe houden we het hier koel. Klokken instellen, borden en stukken klaarzetten, koffie. Die ballen gehakt stinken, ik wil bitterballen! Wat is BAT, ja die is kapot, Henk! Bordnummers, verloren gegaan bij de verhuizing. Mick raffelt zijn partij af, André wint nog sneller. Zoveel mannen en geen vrouwen en toch zijn al die mannen stil aan het schaken. Kabbie is de Birdman. Nee, dit is bord 10, je moet aan de andere kant beginnen.

Het was de eerste keer dat we in het nieuwe denksportcentrum een competitiewedstrijd speelden voor de KNSB en dan mag je natuurlijk niet gelijk in het stof bijten. En dat waren we ook niet van plan, maar daar hebben onze tegenstanders van deze dag (Amersfoort) geen boodschap aan. Die willen net als wij winnen, mede omdat ook zij in de eerste ronde verloren hadden. Het verschil in sterkte als je naar de ELO-puntjes kijkt is precies 1 in ons voordeel. Nou, daar kun je wel wat mee, NOT! Omdat Maarten Beekhuis niet mee kon spelen hadden we om 'tactische redenen' Theo Visschedijk op het eerste bord neergezet. Die wilde wel de klap opvangen, alhoewel hij vol overgave de strijd aanging. Het bleek dat Amersfoort ook een aderlating moest doen, teamleider Peter Reedijk was ziek thuis gebleven, dat zorgde ervoor dat de balans vooraf in evenwicht was.

Maar het duurde niet lang voordat dat evenwicht behoorlijk verstoord werd. Het simpele commentaar van Erik Smit zegt alles: het is wel lekker om op dat moment Da7 te spelen hoor! En dat is inderdaad zo, maar René Tonnon stuurde daar ook wel een erg open uitnodiging voor naar de overkant. Tot dan toe is er eigenlijk niets aan de hand en als hij zijn partij op een 'normale' manier voortzet hoeft er de komende 15-20 zetten niets te vrezen te zijn van Erik. Maar toch laat hij het toe, en de partij is daarna meteen beslist. Het paard gaat zich er ook mee bemoeien, nog meer ellende voor zwart. De zwarte dame wordt uit haar veilige onderkomen gelokt en met een paar mislukte kunstgrepen moet Tonnon inzien dat hij van alles gaat verliezen. Na twintig zetten heeft Erik de winst binnen, zo vaak overkomt hem dat nou ook weer niet, maar als de tegenstander daaraan meewerkt hoef je geen medelijden te tonen.

Zoals in de inleiding al vermeld nam Theo Visschedijk de taak op zich om het eerste bord te verdedigen. Hij had van tevoren al gemeld dat we geen wonderen van hem moesten verwachten, en dat deden we dan ook niet… nee geintjuh Theo, we hadden de nul al opgeschreven, och nee weer een geintjuh… sorry. Maar het verschil was niet een puntje in ELO, maar een hele scheepslading vol. Hij kreeg het Koningsgambiet op het bord, maar daar had hij geen zin in, en hij weigerde, juist: het Geweigerde Koningsgambiet. Toch had Theo er wel plezier in want Jochem Aubel moest het precies spelen om zijn voordeel te pakken en te houden. Maar de opening die op de tweede zet was begonnen wierp wel zijn vruchten af. Er werden diverse containers uit het laadruim via f3 naar boven getakeld, en alles op zoek naar de zwarte koning. Er was geen houden meer aan, de dame werd erbij gehaald en Theo’s anker werd compleet gelicht. Binnen de dertig zetten ging Theo kopje onder. Daarmee was de stand weer gelijk: 1-1.

De Hollandse opening is het domein van Freddie van der Elburg, wie er iets van wil weten mag bij hem te rade gaan. Tot op zekere hoogte waarschijnlijk want ook hij maakt wel eens te snel een foutje en verliest dan wel eens. Maar dat was niet de bedoeling op deze (te) mooie zaterdag in november, en Jeroen Schuil moest daar de gevolgen van ondervinden. Als je de partij snel scrolled in een viewer moet je constateren dat wit zijn stukken vrijwel niet voorbij de vijfde rij heeft gehad. Alles wordt door Freddie terug gestuurd in de eigen gelederen met een zero resultaat. De witte bewegingsvrijheid is beperkt tot de eigen regionen. Het is zelfs zo erg dat hij met zijn koning aan de wandel moet gaan naar de damevleugel omdat hij verder geen plan heeft. Daar aangekomen komt de koning tot de ontdekking dat hij best wel moe is geworden, terwijl Freddie al zijn stukken mee laat spelen in de aanval tegen die bewuste koning. Nadat de nodige stukken zijn afgeruild blijkt het verschil. De witte stukken staan overal en nergens en kunnen niets meer betekenen voor de verdediging. Het is de zwarte loper die op afstand een machtige rol speelt in het vellen van het laatste oordeel over deze koning. Freddie kan zelfs nog een zet wachten met het mat zetten, het resultaat is er niet anders om. Winst, en een 2-1 voorsprong.



Nikolai Kabanof toonde zich voor de wedstrijd nog de Barmhartige Birdman van Alcatraz door een vogel te redden uit de klauwen van bloedlustige Catwomen die zich in het geiserhok hadden verzameld. Hij verdient eigenlijk een lintje. Maar zo liefdevol was hij niet in zijn partij tegen Gerard van Otten, de Kabanof-contouren waren weer duidelijk zichtbaar voor de twintigste zet. Maar waar het eerder nog wel eens mis leek te gaan, hield hij nu de touwtjes stevig in handen. Net als zijn buurman Freddie van die dag kreeg zijn tegenstander weinig kans om zich te bevrijden uit de omsingeling. Nadat als eerste een degelijke voorpost op de koningsvleugel was geposteerd begon de tweede aanvalsgolf aan de andere kant van het bord. En de uitvoering was helemaal volgens het boekje. Het leverde in eerste instantie al de nodige houtjes op en omdat zwart er weinig voor voelde om met veel materiaal achterstand het eindspel in te gaan kon het matnet gesloten worden. Een typische Nikolai-partij? U mag het zeggen, het leverde wel een punt op, en een 3-1 voorsprong.

Als de partijen zich in de tijdnoodfase bevinden gebeurt op vele borden uiteraard van alles. En vaak krijg je dan niet alles mee, voornamelijk ook omdat je bij een bepaalde partij denkt: oh, dat zal wel die en die kant opgaan. Niets aan het handje. Maar Freddie vraagt zich opeens wel af: hoe kan Mark (Brussen) nu opeens een kwaliteit en daarmee de partij verliezen. Ik heb Mark na de partij niet meer gesproken maar het is zo te zien uit het niets ontstaan. Als je de partij bekijkt lijkt hij zich goed te kunnen handhaven, zwart heeft wel een lastige voorpost op d4 staan maar die is in toom te houden. Maar na dertig zetten wordt het witte paard weggejaagd uit de verdediging en begint zwart iets te ondernemen op de e-lijn. Daar slaat dan waarschijnlijk de paniek toe bij Mark die, om het binnenvallen tegen te gaan, de koning erbij haalt. En dat pakt totaal verkeerd uit want de beste verdediging was om de toren naar f1 te spelen in plaats van de koning. Dan gaat het opeens snel, de witte dame doet totaal niet meer mee en moet lijdzaam toezien hoe haar koning mat gaat. De spanning begint weer te stijgen, we hopen toch nog steeds op een match-overwinning.

Maar kort nadat de tijdcontrole is gepasseerd loopt Marcel Boel langs om te vertellen dat ook hij het bijltje erbij neer gaat leggen. Waar is het bij hem dan misgegaan? De computer laat ons dat zien, en toont aan dat het verschil zit in twee velden: e4 of f5. Volgens Jeroen Brugel heeft Marcel deze Siciliaanse opening goed behandeld en vaak de juiste zetten gedaan. Maar er is een moment dat het eigen plan getrokken moet worden, maar weet dat zomaar eens te vinden. Naar eigen zeggen had hij op een bepaald moment de zet e5 moeten doen, maar vertel mij maar wanneer dan? De zwarte loper staat mooi geposteerd en houdt op afstand de koning vast in zijn hoekje. Er worden diverse stukken geruild en Marcel blijft met een kleine kwal zitten. Het zwarte paard lijkt de boel gesloten te kunnen houden totdat deze net op dat ene verkeerde witte veld gaat staan. Het paard had naar f5 gemoeten in plaats van e4 want daarna kan wit c4 spelen, wat net het verschil maakt. En dan hadden we nog maar moeten zien of wit er doorgekomen was. Daar was nu geen sprake meer van, Marcel spartelde nog even tegen maar geloofde toen wel dat de techniek van Bugel voldoende was om hem geen kans meer te geven. En daarmee waren we weer terug bij af, stand gelijk op 3-3 met twee partijen te gaan op het scherpst van de snede.

Henk Eleveld had niet veel goede woorden over voor de openingskeuze van Joeri Piet, 1. b3. Dat kan wel zijn, maar aan Henk de opdracht om het inferieure van deze zet te bewijzen. En het bleef niet bij deze ene fianchetto-zet, er volgde korte tijd later ook nog g3, wat een feest moet Henk gedacht hebben. Dat overkomt mij weer. Afijn, de partij kabbelt voort en Henk weet Piet toch een beetje vast te zetten en een pion te veroveren. Toch weet hij die niet direct te gelde te maken, integendeel zelfs, Piet weet zich ogenschijnlijk tegenkansen te creëren. Het wordt penibel met een sterke batterij van loper en pion op f7 en e6, maar het is ook een mooi aanvalspunt voor zwart. En die tegenaanval volgt heel vlot want met het lekkere zetje Td5 wordt min of meer de angel uit de witte aanval gehaald. De witte dame mag zich terugtrekken en Henk Eleveld gaat er eens over nadenken hoe dit tot een beter einde te brengen dan zijn tegenstander zou willen, en wel de winst. En het lukt: als wit net even een betere voortzetting mist, weet Henk met kleine maar sterke zetjes groter voordeel te bereiken. Toch lijkt het op het einde net niet te lukken, maar ook Joeri Piet weet niet meer de beste zetten te vinden, en daar mag Henk blij mee zijn. In de slotstelling is het materiaal zo ver uitgedund dat een beoogde zet gelukkig niet uitgevoerd hoeft te worden. De truc is als zwart geen Kg8 speelt maar promoveert tot dame, wit een aftrekschaak heeft en de dame wint. Zo ver kwam het niet want wit gaf op en we hadden zeker een gelijkspel in handen. En tja, dan nu over naar het drama van de dag…

Martin van Dommelen mag zoals wel eens eerder gebeurd is in wedstrijden tegen Amersfoort, de strijd aangaan met Dimitri van Leent. Gegarandeerd dat je tot het uiterste moet gaan om een resultaat neer te kunnen zetten. En Martin heeft dan ook nog niet zijn beste fysieke dag, en mag ik al voor de wedstrijd van hem vernemen dat ik niet al te hoge verwachtingen mag hebben. Zo’n verhaal kwam me al bekend voor uit de eerste ronde toen Maarten ook niet in beste doen was, maar toen wel op de rand van winst kwam. Maar Martin gaat het gevecht ook nu niet niet uit de weg en er ontwikkelt zich een strijd die op beide flanken gevoerd wordt. Van Leent posteert binnen 15 zetten een zeer vervelende pion op a3, een verkapte uitnodiging om daar mat te worden gezet. Maar Martin heeft op de koningsvleugel zijn oog laten vallen op de overbekende h7-pion. En nadat deze pion van het bord verdwenen is lijkt Martin daar gelijk van te kunnen profiteren, maar vergeet hij toe te slaan en levert een pion in. Dan volgt een tijdnoodfase waarin Martin ongeveer 20 zetten moet doen in de laatste 2-4 minuten die hij heeft, de seconden tikken sneller weg dan je denkt. Het is zelfs zo erg dat, terwijl ik sta te kijken, hij met 1 seconde op de klok heel relaxed zijn zet doet. Ach, en dan heb je er weer 30 seconden bij, en heb je weer tijd om na te denken. Maar Van Leent lijkt ook niet de beslissende winstweg te kunnen vinden, dreigingen zijn er genoeg maar een sluitend plan komt niet op het bord. En terwijl Martin in tweede tijdsperiode al weer de meeste tijd heeft verbruikt is de stelling intussen verloren… maar: Dimitri begint na te denken en te zoeken en te zwoegen en te kraken en te steunen, hij lijkt het niet kunnen vinden, waar is die winst. Op het bord, die ene zet, het is gewonnen, maar hoe, en de tijd tikt door, intussen zo ver dat hij al minder tijd heeft dan Martin, en dan opeens die koning… niet aanraken, neeeee. Maar het is al gebeurd, omdat hij zo niet weet wat hij moet doen speelt hij de koning, en BAM de partij is over. Net dat ene stuk dat hij niet moest spelen, speelt hij toch en Martin kan binnen twee zetten mat geven. Het is dramatisch, maar het komt uiteraard vaak genoeg voor, en nu kregen wij daarmee de winst in de schoot geworpen. Maar als de winst in de partij zo voor het oprapen ligt moet je daadkrachtig zijn, en dat was Van Leent vandaag niet.



De teleurstelling was uiteraard groot, en volgens mij was het team twee minuten na deze partij uit de speelzaal verdwenen, een felicitatie heb ik van een teamleider niet ontvangen. Ook op de slechtste momenten moet de sportiviteit hoog in het vaandel staan. Hoogstwaarschijnlijk komen we elkaar nog wel vaker tegen, en laten we hopen dat we dan weer zo’n spannende strijd te zien krijgen. We hebben onze eerste overwinning behaald, de nul is weggepoetst, laten we hopen dat er meer goede wedstrijden volgen. Om een quote van Marcel te gebruiken: in deze klasse spelen tenminste 2100-spelers die wel fouten maken. En daarmee gaan we opgewekt de volgende ronde tegemoet.

foto's op Facebook | partijen in pgn


Partijen openen in nieuw venster of tabblad

Geen opmerkingen:

Een reactie posten