dinsdag 24 maart 2015

Balanceren boven de afgrond

Henk Vinkes

Zonder in eerste instantie personele problemen voor de zevende ronde was de opstelling gauw klaar. Maar omdat Mark Brussen bij Checkpoint Charlie de muur had bekrast mocht hij zijn auto tijdelijk inleveren. En juist op deze zaterdag war es ihm gestattet das Fahrzeug wieder auf zu holen… Tja, vervelend maar we hadden snel een invaller gevonden, Reint van der Knijff nam maar wat graag zijn plaats weer in. En zo moesten we het goede resultaat van de vorige ronde opvolgen met een overwinning tegen DSC Delft. Maar Delft had zich tot de tanden gewapend om met hetzelfde voornemen te vertrekken uit Apeldoorn.

Het zou zo’n middag worden waar we nooit zicht hebben gehad op een goed resultaat. Als eerste slachtoffer meldde Maarten Beekhuis zich uit de strijd. Tegenstander Zwartveld bediende zich van het Scandinavisch, en in de overgang naar het middenspel is er niets aan de hand. Zwart staat misschien iets actiever, maar dat moet eenvoudig te verdedigen zijn. Toch weet Maarten met een paar zetten zijn stelling zozeer te verzwakken dat er na twintig zetten geen redding meer mogelijk lijkt. En een paar zetten later is dat ook het geval. De koning staat moederziel alleen tegen een dame en een loper aan te staren die geen mededogen kennen. De eerste tik moeten we incasseren.

Niet lang daarna moet onze held van de vorige ronde Nikolai Kabanof zich gewonnen geven. Nikolai gaat voortvarend te werk door met de pionnen op de koningsvleugel aan de wandel te gaan. Maar daar had hij beter iets voorzichtiger kunnen zijn, want zo snel als ze naar voren komen, zo eenvoudig wordt het weer uit elkaar gescheurd. Hij probeert nog de nodige chaos te creƫren, waar hij natuurlijk heer en meester in is, en lijkt daar zelfs bijna in te slagen. Maar hij wil meer en denkt meer te kunnen krijgen. Waar hij beter had kunnen afwikkelen naar een gelijke stelling gaat hij net te ver. Een laatste noodgreep met diverse offers brengen niets op. De volgende tik krijgen we uitgedeeld. We staan met 2-0 achter en de voortekenen zijn niet al te best.

Maar voordat er echt over ons wordt heen gelopen, slaat eerst Reint van der Knijf terug. In een Schotse partij geeft teamleider Oranje van DSC Delft hem een mooie open f-lijn cadeau. Blijkbaar denkt hij van een “zwakte” in de witte stelling te kunnen profiteren maar hij mag alleen maar de aftocht aanvaarden. Dan is het aan Reint om het heft in handen te nemen. Alle sterke stukken verzamelen zich om de zwarte koning op het avondmaal te zetten. En daar krijgt hij ook de nodige hulp bij, want als zijn tegenstander het witte uitnodigt de witte stelling binnen te galopperen is het prijsschieten. Niet veel zetten na deze blunder staat zwart mat, we hebben een puntje teruggehaald.



En die mochten we gelijk weer inleveren, Henk Eleveld heeft de hele partij geen schijn van kans gehad. Zijn zwarte stelling is de hele middag geteisterd door witte stukken die allemaal vervelende zetten doen. En op een bepaald moment krijg je een beslissende klap uitgedeeld waarna je gewoon weet dat er niet veel hoop meer is. Ted Barendse deelt die beslissende klap uit als hij op f6 slaat en op het oog speelt het zich bijna vanzelf uit. Uiteraard probeert Henk nog de nodige trucjes maar de zwarte koning staat te veel op de tocht. Henk kan nog vluchten in een toreneindspel met een pion minder, maar heeft dan ook weinig in te brengen. Als het ontaardt in een totaal verloren pionneneindspel, vindt Henk het wel genoeg voor deze middag. De zaken beginnen penibel te worden. We hebben nog maar vier borden waar we even zovele punten moeten halen voor de winst.

Freddie van der Elburg wijst ons de goede kant op. De witte aanval van Martin Glimmerveen op zijn stelling is afgeslagen en dan is hij aan de beurt om de bordjes te verzetten. De witte stukken hebben zich genesteld in de buurt van de zwarte koning en staan na zo’n twintig een beetje verloren tegen een muur aan te kijken. Missie niet volbracht, we moeten ons terugtrekken, de koning is in gevaar! Maar het is al te laat en als wit een mogelijkheid onbenut laat om zich te verdedigen, kan Freddie beslissend uithalen. Dame en toren voeren het laatste oordeel over de koning uit en zetten deze mat. Een punt teruggehaald, maar het blijft een moeilijke wedstrijd.

Op het eerste bord weet Erik met zwart niets te bereiken tegen Gert Legemaat. Hij weet wel een iets betere stelling op te bouwen maar het blijft altijd binnen de remisemarge. Waar had hij het dan beter kunnen doen? Lastig te zeggen maar hij doet in ieder geval nog wel een poging via de h-lijn door met de toren zich voor de witte koning te posteren. In samenwerking met de andere toren mag het er intimiderend uitzien, het levert niets op. Remise is de enige juiste uitslag.

En bijna hetzelfde verhaal kan over de partij van Marcel Boel gezegd worden. Het enige verschil is dat Marcel wel een kans op de overwinning heeft gehad, maar net iets te veel stukken afruilde. En daardoor ging een goede kans verloren. Een toch wel goed opgezette partij leverde Marcel een pion op, en die had hem ook in het gunstigste geval de winst moeten brengen. Helaas was hij net iets te voorzichtig waardoor zwart een van de pionnen op de koningsvleugel kon afruilen. Daarmee kon hij een vesting opbouwen waar Marcel met de beste wil van de wereld niet doorheen kon komen. Remise, we staan op de rand van de afgrond met nog een partij te gaan.



En bovenaan die klif staat Martin van Dommelen te balanceren en zich af te vragen wat hij zal gaan doen. Achter hem zeven teamgenoten en een teamleider die hem maar al te graag op het droge willen houden. Maar het had niet zover hoeven komen, want Martin heeft gedurende de hele partij het heft in handen gehad, hij had alleen maar de trekker over hoeven te halen. Maar blijkbaar slaat in tijdnood de twijfel toe, en zo verdwijnt het verworven voordeel als sneeuw voor de zon. Gelukkig heeft hij een mooie voorpost op h7 staan, laten we die het Dimitri-van-Leentveld noemen. Het heeft overeenkomsten. Maar helaas is Martin niet accuraat genoeg in de afwikkeling en werkt hij zich in de nesten. Het lijkt erop alsof hij geen plan kan vinden, en de steeds krapper wordende tijd helpt daar ook niet bij. En als donderslag bij heldere hemel stort hij zich dan ook maar helemaal in de diepte. Tot overmaat van ramp geeft hij dan ook nog een toren weg. Dan is de nederlaag opeens wel heel zuur.

Dus staan we weer met beide benen stevig op de negende plaats in de tabel met nog twee ronden te gaan. Hoe we die moeten aanpakken gaan we de komende weken uitzoeken. Het zal hoe je het wendt of keert toch een keer goed moeten komen voor ons…

T Schaakstad Apeldoorn 2 2128  DSC Delft 2         2114 3-5
1.Erik Smit              2165  Gert Legemaat       2255 ½-½
2.Martin van Dommelen    2220  Bob Voogt           2104 0-1
3.Freddie van der Elburg 2148  Martin Glimmerveen  2086 1-0
4.Marcel Boel            2191  Jan-P. van Zandwijk 2046 ½-½
5.Nikolai Kabanof        2056  Kim Meulenbroek     2158 0-1
6.Reint van der Knijff   2071  Richard Oranje      2116 1-0
7.Henk Eleveld           2052  Ted Barendse        2107 0-1
8.Maarten Beekhuis       2124  Hans Zwartveld      2039 0-1

't Andere verslag | foto's op Google+ | foto's op Picasa | partijen in pgn


Partijen openen in nieuw venster of tabblad

1 opmerking:

  1. Tijdens de wedstrijd dacht ik tussen zet 14 en 20 erg slecht te staan. Ik vreesde voor een snelle 0. Uit de reacties na afloop van de partij begreep ik dat meer mensen dit idee hadden.

    Na wat analyse blijkt dit echter wel mee te vallen. Het is allemaal redelijk gelijkwaardig. Zwart had alleen echt voordeel kunnen halen door op zet 11 op b4 te slaan.

    Vanaf zet 20 is wit uit de problemen en is het witte plan redelijk eenvoudig. Dat zwart vervolgens blunderde op zet 25 was mooi meegenomen, maar de typering van een plotselinge blunder op de site van DSC lijkt me niet helemaal terecht in zo'n stelling. Maar ja, dat zal wel de frustratie geweest zijn, want die was aardig aanwezig... ;)

    BeantwoordenVerwijderen